Soorten examens

Zie ook Afroeien en Exameneisen.

Roeibevoegdheid I – C1-examen

Het hoofddoel van dit eerste examen na je instructieperiode is het aantonen dat je veilig kunt roeien: voor jezelf, voor anderen op het water én voor het materiaal. Dit examen levert een deeldiploma op dat een half jaar geldig is. In die tijd mag je zelfstandig roeien in de C1x. Het examen bestaat uit een praktijkgedeelte en een schriftelijk theoriegedeelte.

Roeibevoegdheid I – examen ploegroeien

Aangezien voor iedereen een basisniveau stuurkennis vereist is om veilig te kunnen roeien, vormt het stuurexamen een onderdeel van roeibevoegdheid I. Er moet worden afgeroeid en ‑gestuurd in een C4* of C2*. Getoetst wordt op redelijk roeien, gelijkheid met je ploeggenoten, bootbeheersing, materiaalbehandeling (aflappen na het roeien, boot in- en uit het water tillen) en voldoende kennis van de bevelen om een ploeg te kunnen sturen (o.a. aanleggen) en de bevelen op te kunnen volgen.

Roeibevoegdheid I – theorie-examen

Schriftelijk examen over de leerstof uit het Theorieboekje. Nieuwe leden die buiten RIC hebben leren roeien moeten altijd het theorie-examen afleggen, ook als ze meteen bevoegdheid II of III krijgen.

Roeibevoegdheid II

Je bent een goede, ervaren roeier.
Afroeien in een skiff. Je kunt pas afroeien voor deze bevoegdheid als je aan alle volgende eisen voldoet:

  • Je hebt roeibevoegdheid I.
  • Je hebt minimaal zes maanden roei-ervaring.
  • Je hebt minstens 100 km in een ongestuurd nummer geroeid.

Roeibevoegdheid III

Je bent een zeer ervaren roeier met een goede techniek: je kunt perfecte bootbeheersing en bevelenkennis laten zien, naast koers-inzicht en algemeen roei-inzicht. Voor dit diploma geldt een strenge beoordeling.

Afroeien moet in een skiff. Je kunt pas afroeien voor deze bevoegdheid al je aan alle volgende eisen voldoet:

  • Je hebt roeibevoegdheid II.
  • Je hebt – maximaal een jaar geleden – de Vaardigheidsproef succesvol gedaan.
  • Je hebt minstens 500 km geroeid in een skiff.

Boordroeien

Het instructiesysteem op RIC is op scullen gebaseerd. Voor het roeien in boordboten geldt steeds dezelfde bevoegdheid als waarover je voor scullen beschikt. Als je weinig scull-ervaring hebt kun je echter ook een aparte boordbevoegdheid halen (IIb in een 4+, IIIb in een 2-), maar om vervolgens in boten uit dezelfde categorie te mogen scullen dien je wel het scullexamen af te leggen.

Sturen s8

Voor deze bevoegdheid wordt geen examen georganiseerd – als je denkt in aanmerking te komen voor de bevoegdheid om zelfstandig (zonder coach op de kant) een acht te sturen, neem dan contact op met de examencommissie op examens@ricamsterdam.nl. Zij bepalen of en hoe je geëxamineerd wordt.

Jeugd/junioren

De jeugd- en juniorleden roeien af volgens het ARB-examenplan. Dit bestaat uit verschillende toetsen, die in maximaal drie jaar tijd worden afgenomen. Voor het verkrijgen van roeibevoegdheid I moeten de junioren de proeven A, C, D en E in het bezit hebben, voor roeibevoegdheid II de proef F en voor roeibevoegdheid III de proeven G, H en I.

Zie ook Jeugd en junioren.

« Index